Epstein-Barr-virus
Het Epstein-Barr-virus (EBV), ook bekend als humaan herpesvirus 4, is een gamma-herpesvirus dat alleen bij mensen voorkomt.
EBV verspreidt zich meestal via lichaamsvloeistoffen, met name speeksel. EBV kan zich echter ook verspreiden via bloed en sperma tijdens seksueel contact, bloedtransfusies en orgaantransplantaties.
EBV kan worden verspreid door gebruik te maken van voorwerpen, zoals een tandenborstel of drinkglas, die een besmette persoon onlangs heeft gebruikt. Het virus overleeft waarschijnlijk op een object tenminste zo lang als het object vochtig blijft.
De eerste keer dat men besmet raakt met EBV (primaire EBV-infectie) kan de drager het virus wekenlang verspreiden en zelfs voordat er symptomen waarneembaar zijn. Als het virus eenmaal in het lichaam is, blijft het daar in een latente (inactieve) toestand. Als het virus opnieuw wordt geactiveerd, kan de drager mogelijk EBV naar anderen verspreiden, ongeacht hoeveel tijd er is verstreken sinds de eerste infectie.
Symptomen
Symptomen van EBV-infectie kunnen zijn:
* vermoeidheid
* koorts
* ontstoken keel
* gezwollen lymfeklieren in de nek|
* vergrote milt
* gezwollen lever
* uitslag
Veel mensen raken als kind besmet met EBV. EBV-infecties bij kinderen veroorzaken meestal geen symptomen, of de symptomen zijn niet te onderscheiden van andere milde, kortdurende kinderziekten. Mensen die symptomen krijgen van een EBV-infectie, meestal tieners of volwassenen, worden binnen twee tot vier weken beter. Sommige mensen kunnen zich echter enkele weken of zelfs maanden vermoeid voelen.
Nadat men een EBV-infectie heeft opgelopen, wordt het virus latent (inactief) in het lichaam. In sommige gevallen kan het virus opnieuw geactiveerd worden. Dit veroorzaakt niet altijd symptomen, maar mensen met een verzwakt immuunsysteem hebben meer kans om symptomen te ontwikkelen als EBV opnieuw wordt geactiveerd.
Laboratoriumonderzoek naar de EBV antigenen kan helpen om te bepalen of iemand vatbaar is voor een EBV-infectie of een recente of eerdere infectie heeft.